Waarom verjonging in de Raad van Toezicht nodig is

Categorie:

Verjonging in de Raad van Toezicht is geen doel op zich, maar wel een noodzakelijke beweging om toezicht toekomstbestendig te maken. In veel maatschappelijke organisaties zijn raden nog altijd relatief homogeen samengesteld: ervaren, hoogopgeleid en vaak 55+. Daarmee gaat een schat aan kennis gepaard, maar ook het risico op blinde vlekken. De samenleving verandert immers snel, en dat vraagt om een bredere vertegenwoordiging in toezichthoudende gremia – ook in leeftijd.

1. De samenleving verandert: toezicht moet meebewegen

Digitalisering, veranderende arbeidsverhoudingen, duurzaamheid en diversiteit zijn thema’s die jongeren als vanzelfsprekend beschouwen. Een jongere toezichthouder groeit op met technologie, is vaak beter thuis in moderne communicatievormen en heeft een andere blik op thema’s als werk-privébalans, duurzaamheid en inclusie. Dit zijn geen ‘trends’, maar structurele veranderingen in hoe we werken, leven en organiseren.

Toezicht dat geen aansluiting vindt bij deze maatschappelijke ontwikkelingen, verliest aan kracht en legitimiteit.

2. Frisse blik en andere vragen

Jongere toezichthouders kijken vaak met een open blik naar processen, cultuur en besluitvorming. Ze durven vragen te stellen die voor anderen vanzelfsprekend zijn geworden. Niet zelden brengen ze bestuurders op andere gedachten, juist door hun onbevangenheid en nieuwsgierigheid.

Die ‘frisse blik’ is waardevol, zeker in sectoren waar veranderingen nodig zijn maar moeilijk van de grond komen.

3. Meer dialoog, minder hiërarchie

De klassieke bestuursstijl in toezicht is vaak hiërarchisch. Jongere toezichthouders staan juist vaker voor een cultuur van samenwerking, openheid en inclusieve besluitvorming. Daarmee sluiten ze goed aan bij moderne opvattingen over governance, waarin dialoog en gelijkwaardigheid steeds belangrijker worden.

4. Toekomstgericht toezicht vraagt toekomstmakers

Een Raad van Toezicht moet vooruit kunnen kijken. Dat lukt alleen als je mensen aan tafel hebt die weten hoe toekomstige generaties denken en handelen. Wie jonge mensen betrekt in toezicht, betrekt ook de toekomst van de organisatie.

Dat geldt niet alleen voor leeftijd, maar ook voor levenservaring, opleidingsachtergrond, culturele diversiteit en netwerk.

5. Jongeren willen wel, maar weten niet hoe

Een veelgehoord misverstand is dat jongeren geen interesse zouden hebben in toezicht. In de praktijk blijkt het tegendeel: er is een groeiende groep jonge professionals die graag toezichthoudend werk wil doen, uit maatschappelijke betrokkenheid en ontwikkelingsdrang. Maar de weg ernaartoe is vaak onduidelijk, netwerken zijn gesloten en vacatureteksten spreken hen niet aan.

Organisaties kunnen hierin actief het verschil maken: door open te werven, duidelijke begeleiding te bieden en bewust te kiezen voor verjonging.

Tot slot: Verjonging is geen kwestie van 'jong voor oud'. Het gaat om een inclusieve benadering waarin ervaring en nieuwe perspectieven samenkomen. Toezicht wordt er beter, scherper en toekomstgerichter van – en daar profiteert de hele organisatie van.